ziektes

hieronder kunt u een paar veel voorkomende ziektes bekijken.


Influenza:

Influenza is een infectie van de voorste luchtwegen ( neus, keel, luchtpijp ). De eerste symptomen van influenza zijn een droge, rauwe hoest en een waterige neusuitvloeiing. De temperatuur kan oplopen tot 41 graden en het paard wordt loom. Verergert de toestand, dan zal de neusuitvloeiing slijmerig tot etterig worden en soms zwellen de spieren van de onderkaak iets op.

De dierenarts zal in de meeste gevallen een serie injecties met een antibioticum toedienen om longontsteking te voorkomen. De patiënt moet van andere paarden worden afgezonderd, met het oog op besmetting. Het paard zal enkele weken rust moeten hebben en mag pas met werken beginnen als de hoest volledig voorbij is. Er zijn bijzondere werkzame entstoffen voorhanden. Tegenwoordig raden dierenartsen aan een paard tweemaal per jaar in te laten enten tegen influenza. Juist vanwege het besmettingsgevaar mogen bij veel wedstrijden alleen ingeente paarden deelnemen.

Paardenhorzel:

Wanneer in juli de eerste horzels gaan vliegen verschijnen ook weer de kleine gele eieren op de haren van voorbenen, hals, manekam, keelstreek en dergelijke. Uit deze eieren komen larven die door het paard worden opgelikt of zelfstandig naar de mond kruipen ( afhankelijk van de horzelsoort ) en zich nestelen in het mondslijmvlies met name rond de kiezen en in de tong. Dit wil nog wel eens aanleiding geven tot ontstekingen van het slijmvlies, hetgeen zich vooral uit in de vorm van kauwbezwaren.

Na ongeveer vier weken komen de larven in de maag terecht waar ze zich stevig nestelen in het maagslijmvlies waarbij ze zich tegoed doen aan weefselvocht dat wordt opgezogen. In de maag vinden we deze larven steeds in groepen bijeen en niet zelden ontstaat daar ter plaatse een maagzweer. Behalve in geval van verscheuring van de maagwand zijn de klachten meestal zeer vaag: het paard doet het niet.

De schade die de wormen aanrichten is elk jaar weer voor een groot aantal paarden de directe of indirecte doodsoorzaak. Daarnaast worden de wedstrijd en fokresultaten in belangrijke mate beïnvloed door worminfecties. Maar al te vaak wordt de indruk gewekt dat het regelmatig verstrekken van wormafdrijvende middelen aan paarden voldoende is om aan dreigende worminfecties het hoofd te bieden, maar van deze kortzichtigheid werd reeds menig paard de dupe.

De wormbestrijding dient er in de eerste plaats op gericht te zijn de infectiekans voor het dier te verkleinen, met andere woorden het aantal infectieuze larven en eieren, dat zich in het weiland of op stal bevindt, moet tot een zo laag mogelijk niveau worden terug gebracht. Dit lukt maar gedeeltelijk met behulp van wormafdrijvende middelen en zal daarom in combinatie met bedrijfshygiënische maatregelen moeten worden bereikt.

De hoeven

De laatste tijd komen er vragen binnen over de hoeven van het paard, nu wil ik hier even wat aandacht aan schenken.
Goede hoefverzorging is heel belangrijk, er kunnen verschillende hoefgebreken en ziektes aan de hoeven ontstaan.
Een veel voorkomend geval is toch wel mok, het wordt meestal onderkend maar het kan heel hardnekkig wezen en het genezingsproces is lang.
Mok is een verzamelnaam voor huidaandoeningen (eczeem) in de kootholten bij paarden en pony's, het eczeem kan zich ook verder uitbreiden over koot, kogel en de onderste gedeelte van de pijp, meestal komt mok voor aan de achterbenen maar men ziet het ook wel aan de voorbenen.
Wij kennen "natte mok" en "droge mok".
Veelal vormen zich korstjes door het opdrogen van uitgetreden vocht, soms ontstaan kloven, welke pijn kunnen veroorzaken en dat kan weer gepaard gaan met kreupelheid.
Verder ontwikkelt zich wel eens een sterk jeukgevoel, hierdoor wil het dier wel eens met zijn benen gaan slaan, stampen of hij gaat de benen schuren, natuurlijk wordt hierdoor de kwaal erger.
Door ontstekingen van de kloven en wondjes kunnen namelijk dikke benen ontstaan.
Bij de droge vorm van mok kan de huid gaan woekeren, waardoor zich knobbeltjes en soms zelfs vrij dikke knobbels kunnen ontwikkelen.

Oorzaken van mok kunnen zijn:

Overgevoeligheid voor bepaalde stoffen (allergie), dit kan b.v. het geval zijn wanneer men klaver, luzerne of andere vlinderbloemige gewassen voert.

Inwerking van vocht, zoals dauw in het grasland, smeltend sneeuwwater en vooral urine.

Slechte verzorging der onderbenen met name van de kootholte. Het niet op tijd verwijderen van mest of modder van de onderbenen bevordert het ontstaan van mok.
De verzorging eist bijzondere oplettendheid bij veel beharing aan de onderbenen. Het overmatig wegscheren van de beharing, zodat de beschuttende taak van de haren verloren is gegaan, werkt ook mok in de hand.

Kleine wondjes in de kootholte kunnen een sterk op mok gelijkende huidaandoening veroorzaken.

Behandeling:

Wanneer het om een geval van enige betekenis gaat, raadpleeg dan de dierenarts. In het algemeen kan men wel zeggen, dat het wassen met een waterige oplossing afgeraden moet worden, tenzij de dierenarts het aanraadt.
Ook moet men de korstjes, al zitten ze niet meer erg vast, niet verwijderen, want zou men dat wel doen dan zouden er weer nieuwe wondjes ontstaan.
Veelal is rust nodig, omdat door beweging immers door de telkens in de huid optredende spanningen aanleiding kan geven tot het openen of open blijven van de kloofjes.
Zorg ervoor dat in de stal steeds droog en schoon stro aanwezig is, terwijl de mest steeds wordt weggenomen en zorg tevens voor een goede afvoer van de urine.
Verder kan men mok behandelen met speciale mokzalf.
Om mok te voorkomen, is het belangrijk de paardenbenen altijd goed droog te houden en de plaats waar de mok kan ontstaan, kan men eventueel insmeren met vaseline.

Beengebreken

Beengebreken kan men onderverdelen in "harde" en "zachte" beengebreken.
Onder harde beengebreken verstaan we verdikkingen van botweefsel die duidelijk opvallen.Zachte beengebreken zijn zwellingen en uitpuilingen van overvulde holten.
Een voorbeeld van een harde beengebrek is de schiefel, en een voorbeeld van een zachte beengebrek is een piephak.

Schiefel:

Schiefels treden vooral op bij jonge paarden.
Het zijn benige verdikkingen op de pijp van het been, die ontstaan door te grote spanning van binnenuit of door geweld van buitenaf.
Ligt op de plaats van de schiefel een pees, dan kan een peesontsteking ontstaan, waardoor het paard kreupel gaat lopen.
Om te genezen is volkomen rust dan een eerste vereiste.
Zit de schiefel niet vlakbij of op de pees, dan wordt hij gezien als een schoonheidsfout.

Piephak:

Op de punt van het spronggewricht bevindt zich een slijmbeurs, die soms overvuld raakt met vocht.
Dit is dan de piephak, de oorzaak is gewoonlijk een kneuzing, die bijvoorbeeld ontstaat wanneer het paard zich herhaaldelijk bezeert als het moet opstaan op een harde bodem van de box.
Bij een aangespannen paard ken een piephak veroorzaakt worden doordat het tegen de latierboom slaat.
In een acuut geval dient de plek twee maal daags met koud water te worden afgespoten.
De ontsiering is meestal blijvend.

 

Koliek

Korte omschrijving 
Koliek bij paarden is een verzamelnaam voor symptomen die geassocieerd worden met buikpijn.

Symptomen:

  • schrapen met de voorbenen
  • zweten
  • niet willen eten
  • naar de buik kijken
  • rollen

Vormen van koliek
De meest voorkomende vormen van koliek zijn krampkoliek, gaskoliek en verstoppingkoliek.

  • Bij krampkoliek trekken de spieren van de darmen samen. Krampkoliek kan onder andere worden veroorzaakt door veranderingen in het weer, de overgang van hooi naar vers gras, het drinken van te koud water en het te veel eten tijdens lange reizen. Krampkoliek is de eenvoudigste en minst gevaarlijke vorm van koliek.
  • Gaskoliek ontstaat als gevolg van gasophoping in de darmen door bijvoorbeeld bedorven voer, jong gras, maar ook door een te geringe beweeglijkheid van de darmen. Deze vorm van koliek kan zeer pijnlijk zijn en geeft vaak veel heftiger symptomen.
  • Verstoppingkoliek is meestal het gevolg van het te veel stro eten.

Behandeling 
Op zich zijn alle vormen van koliek, mits u er op tijd een dierenarts bijhaalt, goed te behandelen, echter niet altijd met succes. Soms moet koliek worden opgelost middels een chirurgische ingreep. Maar ook dat betekent niet altijd een goede afloop.

Belangrijk! 
Bij een eventueel vermoeden van koliek is het noodzakelijk om direct uw dierenarts te waarschuwen!

Rotstraal

Omschrijving 
Rotstraal is een bacteriële aandoening die de straal, hoefballen en zool aantast. Bij ernstige aandoeningen kunnen zij zelfs het levende weefsel blootleggen, waardoor het paard kreupel gaat lopen. De aandoening komt in de natuur haast niet voor, maar bij paarden op stal des te meer. 

Oorzaak 
RotstraalIn urine (dus ook in paardenmest) zit ammoniak. Bacteriën zorgen samen met ammoniak voor een zuur wat het zachtere deel van de hoornschoen (de straal) verweekt. Daardoor kunnen bacteriën zich verder invreten in het hoorn. De bacterie kan alleen leven in een zuurstofarme omgeving. Als de hoef niet schoongemaakt wordt of als er diepe kloven en scheuren in de straal zitten, kunnen bacterieën dus goed gedijen. Onder ideale omstandigheden delen zij zich zelfs elke 20 minuten. 

Verschijnselen 
De bacterie zelf is niet zichtbaar; zijn uitwerpselen wel. De zwarte papachtige prut kun je zien, maar vooral ruiken. 

Behandeling 

De hoefsmid zal alle losse hoorndelen wegsnijden, waardoor er zuurstof bij de straal komt en het rottingsproces zich niet meer kan uitbreiden. Daarna moet u opdrogende middelen gebruiken, zoals Egyptische zalf en Betadine. Daarnaast is het heel belangrijk dat het paard ten alle tijden in een schone stal staat. 

Belangrijk!
Voorkomen is beter dan genezen, dus:

  • Laat de hoefsmid op tijd komen om de straal vrij te houden.
  • Houd hoeven schoon en droog door uw paard in een schone stal te huisvesten, als dit niet mogelijk is (als het paard buiten in het nat staat) smeer de hoeven dan op tijd in met hoefteer.