door met je vingers op verschillende plekken te drukken kun je je paard laten ontspannen of juist een beetje meer engergie geven.

Relax

Druk zacht met je drie middelste vingers. Begin zacht, dan ietsje meer tot je de huid indrukt. En dan weer heel rustig druk verminderen. Als jij of je pony drukken niet fijn vindt, kun je ook zachtjes wrijven.

Ieder paard zit anders in elkaar. De aanraakpunten kunnen dus per paard een beetje verschillen. Soms kun je een plekje ook voelen. Dan staan de haren een beetje anders, is het warmer of kouder, iets boller of holler dan de rest van de omgeving.

Soms is je pony wat gespannen. Bijvoorbeeld omdat hij merkt dat er een wedstrijd aankomt of omdat hij ergens van is geschrokken. Om te zorgen dat hij weer rustiger wordt, kun je de volgende drukpunten gebruiken.


1. Puntjes van de oren. Deze kun je tussen je duim en vingers nemen.

2. Trek een lijn van de ooghoek naar het neusgat. In het midden, naast het bot van de neus mag je zacht drukken.

3. Leg een hand achter de oren met je vingers omhoog. Leg je andere hand langs de manenkam met je vingers naar je eerste hand. Daar, in het hoekje tussen je handen, moet je zijn.

4. Trek een lijn van de onderkant van de hals naar het begin van de manen. Ongeveer op 1/3 van deze lijn vanaf onder, voor het schouderblad.

5. Leg je hand onder de punt van de schouder met je duim omlaag. Daar waar je duim ligt, is de plaats.

6. Boven de voorknie, aan de buitenkant van het been.

7. Onder de voorknie, aan de binnenkant van het been.

8. Als je pony gewoon (vierkant) staat, kun je vanaf het achterbeen een lijn recht omhoog naar de ruggengraat trekken. Daar vlak achter zit het perfecte plekje.

9. Leg je hand onder de achterknie van je pony. Daaronder, een beetje aan de voorkant van het been, vind je het drukpunt.

10. Bij de hak van het paard vind je een kuiltje. Laat je vingers naar de bovenkant daarvan glijden en je zit op de juiste plaats.

Speed up

Druk zacht met je drie middelste vingers. Begin zacht, dan ietsje meer tot je de huid indrukt. En dan weer heel rustig druk verminderen. Als jij of je pony drukken niet fijn vindt, kun je ook zachtjes wrijven.

Ieder paard zit anders in elkaar. De aanraakpunten kunnen dus per paard een beetje verschillen. Soms kun je een plekje ook voelen. Dan staan de haren een beetje anders, is het warmer of kouder, iets boller of holler dan de rest van de omgeving.

Kan jouw pony wel wat energie gebruiken? Dat regel je zo!


1. Probeer te voelen waar de achterste ribben lopen. Volg deze omhoog. Waar ze de ruggengraat raken, daar moet je zijn.

2. Als je met je handen naast de staart van het paard over zijn bil glijdt, voel je een uitstekend deel. Dat is de zitbeenknobbel.

3. Het volgende punt vind je tussen de voorbenen van je paard. Precies in het midden van de benen.

4. In het holletje boven de hoef, daar vind je dit punt.

5. Aan de binnenkant van het achterbeen. Leg je hand boven de hak en ga dan een duimlengte naar binnen. Dan heb je de juiste plaats.